Een van de meest fascinerende verzen van de Bijbel staat in Maleachi 3:10: Brengt al de tienden in het schathuis, opdat er spijze zij in Mijn huis; en beproeft Mij nu daarin, zegt de HEERE der heirscharen, of Ik u dan niet opendoen zal de vensteren des hemels, en u zegen afgieten, zodat er geen schuren genoeg wezen zullen. (SV)
Tienden brengen was in ons gezin standaardkost. Zorgvuldig werd van kinds af aan een tiende deel van alle inkomsten in een spaarpotje verzameld. Dat geld mocht je dan zondags mee naar de kerk nemen. Als volwassene ging ik op zoek naar het waarom hiervan. Als je bovengenoemd Bijbelvers gaat bestuderen, zie je daarin zoveel lagen van het karakter en de goedheid van God. Dat ontroert mij. Het begin is een herhaling van Mozes’ opdracht aan het volk Israël. Een van de stammen was apart gezet als priesters voor de tempeldienst. Omdat ze daardoor geen inkomen hadden, moesten de andere stammen tien procent van hun inkomen afdragen. De priesters en hun gezinnen hadden zo genoeg om van te leven, maar er was ook voldoende spijze in het huis van de Heere.
Vervolgens nodigt God ons uit om Hem te testen. We hebben een levende God met Wie wij interactie kunnen hebben. De uitkomst van deze challenge fascineert mij: of Ik u dan niet opendoen zal de vensteren des hemels, en u zegen afgieten, zodat er geen schuren genoeg wezen zullen. Dat beeld doet me denken aan mijn overgrootvader. Boven de plek waar wij speelden, opende hij geregeld het raam. Een vrolijk gezicht met pretoogjes boog zich voorover. Hij gooide Haribo-snoepjes. Aan ons de uitdaging om ze te vangen. Wij genoten daar steeds weer van. Stel je dit eens zoveel groter voor: onze hemelse Vader die voor ons de vensters van de hemel opent, liefdevol lachend naar beneden kijkt, om vervolgens zoveel zegen over ons uit te gieten, dat we het niet eens meer kunnen bolwerken. Ontroerend dat Hij ons niet een beetje wil zegenen, maar overmatig!
‘Daar zat ik dan, met al mijn zorgvuldige Excel-bestandjes.’
Al ons inkomen ontvangen wij van God. Wij mogen dat houden, maar Hij vraagt wel of we een luttele tien procent aan Hem willen teruggeven. Met mijn moeder, die een rotsvast geloof heeft, had ik het uitgebreid over het geven van tienden toen ik financieel in zwaar weer zat. Ik kon dat geld echt niet missen. Ze vertelde hoe zij al zo vaak die enorme zegen had ervaren. Ze was ervan overtuigd dat God zich aan Zijn kant van de challenge houdt. Daar zat ik dan, met al mijn zorgvuldige Excel-bestandjes. Onderaan de streep een steevast tekort van enkele honderden euro’s voor de komende maand. En dan toch maar die tienden overmaken. Wat had ik het daar zwaar mee! Hoe kreeg ik nog eten op tafel? Toch was er altijd ruim voldoende. En kleding voor mijn immer groeiende zoon, cadeautjes voor anderen, een warm huis, een auto en ga zo maar door. Dat kwam niet door mijn zorgvuldige berekeningen, maar de vensteren des hemels werden voor ons geopend. Er is zo veel zegen over ons uitgegoten, jaar in jaar uit, dat ik het alleen maar aan anderen kan aanraden. Beproeft Hem nu daarin!
Suzan Letteboer
helpt organisaties met het verbeteren van processen en effectief doelen te behalen. Het liefst werkt ze samen met organisaties die hun tijd en energie inzetten voor anderen in deze wereld.